In de Gedichtenwedstrijd 2020 is Joost Wasser doorgedrongen tot de eerste 100. Hij won niet, maar werd wel gekozen uit meer dan 6700 gedichten. Blijkbaar stond zijn verhalende stijl vol beelden en met een dreigende ondertoon de jury aan. Ons ook. Daarom gaven we vorig jaar zijn bundel Schraal volk uit. Nog steeds een aanrader. We feliciteren Joost Wasser van harte!

Op verzoek sprak Joost Wasser het gedicht van de wedstrijd in, zodat onze lezers niet alleen de tekst maar ook zijn voordracht kunnen ervaren.

 

het regende veel die tijd

De geur van je jas, iets van kaneel en limoen, ik weet het niet,
een verdwaalde haar op je mouw, je sleutelbos op de tafel,
je schoenen daaronder, de stoel half scheef.
Het regende die dag, zo van die vette druppels vol weemoed.
Je deed je schoenen aan en ging.
Zacht galmden nog je stappen, behendig een plas ontwijkend,
een straat vol tranen, alleen jij zag het niet.

Dagen later zag ik je lopen, aan de overkant van de straat,
alsof je daar schuilde, en je onderwijl los trok van onze kant.
Onze kant, die vanaf nu nooit meer hetzelfde zal zijn,
die mij verraden heeft, die weet dat
dromen niet anders zijn dan verstomde angsten.

Ik dacht dat al wie dromen heeft, fier en oprecht een bondgenoot,
een gelijkgestemde, in het bos zou zijn, wiens nachtelijke
klanken over mij zou waken. Er is mij niets gezegd.
En hoe vaak je mij ook beloofde, dat de weg geen kruisen kent,
geen toortsen van geloof, en alleen maar voert
naar nieuwe huizen, dorpen, steden en nabije landen,
zie ik toch slechts de kiezels op de weg, het ongeluk,
een gebroken wiel, de ster in de ruit, het opgebroken pad.

Elke stap die je zet, vergroot de afstand tussen toen en nu,
tussen jou en mij, tussen nu en ooit. Haast achteloos,
schier oppermachtig, veeg je de druppels van je jas,
en vergeet je het verbond, vergeet je om op te kijken.

En waar ik ook ben, ik neem je mee, trek de kraag omhoog
en schud het hoofd, stop mijn handen in mijn zak:
ik voel de kruimels, een sleutel, jouw briefje met het gestolen woord.
Ik ruik de regen die komen gaat:
het regende veel die tijd.

Joost Wasser